Soms heb ik van die momenten
Dat ik alle ellende in de wereld niet meer aan kan
Ik word er zo beroerd van
Er zijn zo veel volkeren, zo veel mensen die lijden
de beelden op mijn netvlies,
Ik wil ze liever vermijden
Ik heb het gevoel dat ik iets moet doen
Maar ik weet niet waar ik moet beginnen
Ik voel me machteloos
En de pijn zit diep van binnen
Ik zit hier in mijn verwarmde huis
Van alle gemakken voorzien
Zij in de kou, zonder dak in de winter,
zonder dekens misschien
Wat heb ik te klagen?
Ondankbare ziel die ik ben
Te wenen om mijn eigen lot
en te weinig om mensen die ik toch niet ken
Ik stort eens hier, ik stort eens daar
Hopend op een druppel die rimpelingen veroorzaakt
Maar ik vrees voor een druppel
Op een gloeiende plaat
die mij alleen wanhopig maakt
Mijn hoofd zit te vol met al die beelden
Mijn hart barst zo wat van dit verdriet
Toch vloeien er geen tranen
want al mijn wenen helpt hen niet
Het enige wat ik bieden kan
Is het geld dat op de bank staat
Dat vervloekte geld
Dat mensen niet in hun waarde laat
Dat een wig tussen Arm en Rijk slaat
En dan nog de woorden die ik prevel
Mijn gebed voor een betere wereld
Mijn hoop, mijn smart
Uit het diepst van mijn hart
Mijn gebed zonder veel woorden
Vanwege de hebzucht en de moorden
Elke zin lijkt nietszeggend
Elk woord blijft hangen in mijn keel
De wereld valt niet te redden
Door een enkele ziel
Maar toch ....God verstaat mij wel